ICBR – Internationale Commissie ter Bescherming van de Rijn

Duits-Franse Bovenrijn

Tussen Bazel en Bingen wordt de Rijn "Duits-Franse Bovenrijn" genoemd. Hij stroomt door de Bovenrijnse Laagvlakte en aan de monding van de Nahe bij Bingen, waar de vlakte overgaat in het Rijnlands leisteenplateau, verandert de Bovenrijn in Middenrijn. De zuidelijke Duits-Franse Bovenrijn staat bekend voor zijn hoge afvoeren in de vroege zomer. Die afvoer wordt vooral veroorzaakt door het smelten van de sneeuw in de Alpen. Het landschap van de Duits-Franse Bovenrijn is door kanalisaties in de 19e en de 20e eeuw sterk veranderd. Grote zijrivieren uit het Zwarte Woud die uitmonden op de rechteroever van de Rijn zijn de Elz, de Kinzig en de Murg.

De Ill is een Franse zijrivier van de Duits-Franse Bovenrijn. Ze ontspringt in de zuidelijke Elzas, op de linkeroever van de Rijn, is ongeveer 220 kilometer lang en beslaat een stroomgebied van 4.760,5 km². De Ill is de grootste zijrivier van de Rijn in de Elzas en stroomt van zuid naar noord. Ze doorkruist tal van belangrijke steden, zoals Straatsburg, Colmar en Mulhouse. De Ill mondt in de buurt van Straatsburg, ter hoogte van Rijnkilometer 311,3, benedenstrooms van de stuw in Gambsheim uit in de Rijn.

De Ill en haar zijrivieren herbergen beduidende paaigronden en opgroeihabitats voor trekvissen, zoals de zalm, die vooralsnog niet allemaal bereikbaar zijn. Daarom zijn maatregelen voor het herstel van de ecologische passeerbaarheid in de rivier een belangrijk bestanddeel van het Masterplan trekvissen Rijn van de ICBR.

Wist je dat ...

de vispassages aan de stuwen van Iffezheim (in gebruik sinds 2000) en Gambsheim (in gebruik sinds 2006) de grootste vispassages van Europa zijn?

Per jaar gebruiken wel 80.000 vissen van 32 soorten de vispassages om stroomopwaarts te trekken en een hoogteverschil van 11 meter te overbruggen.

De 300 meter lange vispassages bestaan uit meer dan 30 opeenvolgende betonnen bekkens van elk ongeveer 12 m².